De Nederlandse slavenhandel: ontmaskering van de betrokkenheid van Nederlandse kooplieden en handelaren
De 17e eeuw werd gekenmerkt door de groeiende rol van Europese landen in de slavernij, en de Nederlanders vormden daarop geen uitzondering. Nederlandse slavenhandelaren waren verantwoordelijk voor het vervoer van honderdduizenden slaven van West-Afrika naar Amerika. Nederlandse slavenschepen speelden een cruciale rol in de wrede handel in slavenarbeid die de Spaanse koloniën in stand hield en de Europese economie voedde. De Verenigde Oost-Indische Compagnie nam ook deel aan de slavenhandel en kocht slaven om in haar Indonesische gebieden te werken. Nederlandse koloniën, zoals Suriname en Curaçao, leunden zwaar op slavenarbeid om hun economische succes te behouden. Nederland kende zelfs een “halve vrijheid”, waarbij slaven hun vrijheid konden kopen maar nog steeds voor hun meesters moesten werken. Het slavernijverleden is moeilijk en pijnlijk en Nederland heeft geworsteld met het aanpakken van zijn rol in de trans-Atlantische slavenhandel. De afgelopen jaren zijn er echter inspanningen gedaan om deze geschiedenis te erkennen en de slachtoffers te herdenken. In 2023 herdenkt het land de 150e verjaardag van de afschaffing van de slavernij in Nederland en er zijn plannen om een nationaal slavernijmonument op te richten.
Daarnaast doet de Universiteit Leiden onderzoek naar de economische geschiedenis van de slavernij en de Nederlandse koloniale geschiedenis die daarop steunde. De erfenis van de Nederlandse slavernij is nog steeds voelbaar in Nederland en voormalige koloniën. Discussies over herstelbetalingen en erkenning van wreedheden uit het verleden blijven belangrijke gespreksonderwerpen. De Nederlandse regering heeft haar rol in de slavernij erkend, maar velen vinden dat er meer moet worden gedaan om de blijvende gevolgen van de slavenarbeid die de Nederlandse economie voedde aan te pakken.